Lotte Kopecky heeft brons gepakt in de wegrit op de Olympische Spelen. Onze landgenote zat in de diepe finale in de groep die om het goud streed, maar liet zich net als Marianne Vos en Blanka Vas ringeloren door de sterke Amerikaanse Kristen Faulkner.
De olympische wegrit bij de vrouwen was lange tijd een spektakelarm kijkstuk. Een groep met enkele onbekende namen kreeg wat speelruimte, al hield Nederland de teugels toch altijd redelijk strak in handen. Het was dan ook wachten op de eerste beklimming van Montmartre, maar daar ging het meteen mis voor Lotte Kopecky.
Want aan de voet werd onze landgenote opgehouden door een valpartij vlak voor haar neus. Kopecky moest aan een achtervolging beginnen, maar deed dat met bijzonder veel verve. Op de oplopende kasseien reed ze iedereen klink uit het wiel, op zoek naar de kopgroep met onder meer Longo Borghini en Marianne Vos.
Het kostte krachten, maar Kopecky kreeg het gaatje toch redelijk snel dicht. Daarachter zat medefavoriete Lorena Wiebes in nesten. Luxeknecht Demi Vollering keerde zichzelf binnenstebuiten om haar kopvrouw weer in koers te krijgen, maar tevergeefs. De winnares zat voorin.
Toch zag het er lange tijd niet naar uit dat die winnares Lotte Kopecky zou heten. Op iets meer dan twintig kilometer van het einde zag ze namelijk het levensgevaarlijke duo Vos-Vas wegrijden. De 37-jarige Nederlandse en de 22-jarige Hongaarse vonden elkaar en reden een voorsprong van driekwart minuut bij elkaar. Goud en zilver leken gaan vliegen.
Máár dat was buiten Kristen Faulkner gerekend. Op de laatste beklimming van Montmartre deed ze de voorsprong van Vos en Vas als sneeuw voor de zon wegsmelten. Iedereen moest passen, behalve één vrouw: Lotte Kopecky. Met dank aan de Amerikaanse kwam de olympische titel dan toch weer binnen bereik.