Jonas Vingegaard heeft de Tour in een beslissende plooi gelegd. De Deen pakte tussen Passy en Combloux uit met een demonstratie op de tijdritfiets.
Vingegaard haalde Tadej Pogacar net niet in en zette de Sloveen na 22,4 kilometer tegen de klok op 1 minuut en 48 seconden in het klassement. Wout van Aert werd een tevreden derde in de (klim)tijdrit op bijna drie (!) minuten.
Geen spelletjes, geloer of tactisch gedoe. Tussen Passy en Combloux was het 22,4 kilometer lang man tegen man. Een strijd op het scherpst van de snee. Pogacar en Vingegaard moesten kleur bekennen op de tijdritfiets.
Onderweg met de Côte des Soudans en de Côte de Domancy twee hellingen die samen goed waren voor meer dan 600 hoogtemeters. De enige chronoproef in deze Tour werd op die manier een fikse klimtijdrit.
Maar eerst het voorspel. Dat begon met een stukje slapstick bij Team DSM. Welsford en Edmondson meldden zich te laat aan op het startpodium, ploegmaats Degenkolb en Eekhoff kwamen ten val in de eerste bocht.
Ondertussen zorgden Pedersen en Cavagna voor een duelletje om de hotseat. De Fransman perste er met 35:42 de referentietijd uit. Een half peloton zou daar een hele middag lang de tanden op stukbijten.
Tot Van Aert uit z’n schulp kwam. De Belgische kampioen koos voor een behouden start om dan op de Côte de Domancy uit te pakken. Met 35:27 deed hij vijftien tellen beter dan Cavagna.
Maar dan het grote moment. Pogacar begon als een kanonskogel en zette de rest stevig in zijn schaduw. Alleen was de schaduw van Vingegaard nóg groter. De Deen had na 7 kilometer al 16 seconden beet op de Sloveen.
De verschillen waren navenant en zouden doorheen de tijdrit alleen maar oplopen. Te meer omdat Pogacar aan de voet van de Côte de Domancy ook nog eens van fiets wisselde.
Doorslaggevend was het niet, want daarvoor was de overmacht van Vingegaard te groot. De gele trui demonstreerde en reed elke meter op de limiet.