Afspraak in 2026, of 2027, of anders het jaar daarna. Thibau Nys (22) keert in ieder geval met plezier terug naar de Amstel Gold Race. Omdat hij zich “echt geamuseerd” heeft, maar vooral omdat hij gevoeld heeft dat dit een koers voor hem is. “Ik kom terug voor meer”, zegt hij. Om te winnen dus? “Op een dag, ja.”
Thibau Nys liep als twaalfde binnen in Berg en Terblijt. De zwarte vegen op zijn neus en kaken waren het bewijs van een zware dag op de fiets, maar zijn ogen stonden nog scherp. Dat werd alleen maar beter toen hij halt hield bij ploegmaat Mattias Skjelmose: die kreeg net op dat moment te horen dat de finishfoto hem als winnaar aanduidde. Nys: “En wie is tweede? Pogacar? Magnifiek!”
“Skjelly is een super fijne gast”, vertelde Nys even later. “Mijn allereerste koers bij de ploeg als stagiair was samen met hem.”
Nys noemde het een onvergetelijke dag. In een eerste reactie vertelde hij dat zijn debuut gebracht had wat hij had gehoopt. Hij was niet verbaasd, zei hij. “Ik ben op mijn plaats terecht gekomen. Ik denk dat ik heel tevreden mag zijn. Ik had vooraf gezegd dat ik de finale wilde rijden en dat is gelukt, ik zat in koers. Helaas duurde het tien kilometer te lang: op het einde kon ik nog heel hard rijden, maar de punch was wat weg. De laatste keer Cauberg was er te veel aan.”
Nadat hij was gedoucht en zijn file met cijfers had kunnen inkijken, klonk Nys minder enthousiast. Niet per se ontevreden, maar toch iets kritischer. “Ik had een goeie dag, maar ik was net niet fris genoeg om in de finale nog mee te kunnen doen”, zei hij. “Ik heb mijn hartslag bekeken: daaraan zie ik dat ik net geen topdag had. Maar slecht was dit niet: ik heb hier kunnen opbouwen voor de korte en lange termijn.”
Zijn eindconclusie was hoe dan ook positief. “Dit is een koers die ik heel graag doe: ik heb afgezien, maar ik heb me ook heel hard geamuseerd. Ik kom zeker terug voor meer.”