Een cadeautje van de grootmeester. Tadej Pogacar schonk ploegmaat Brandon McNulty de zege in de GP van Montréal. De wereldkampioen zonderde zich met een rake versnelling af, maar wachtte nadien op de Amerikaan. Zij aan zij reden ze over de streep. Overwinning 85 van het seizoen voor UAE, een evenaring van het record van Columbia-HTC in 2009, na een dag waarin UAE volledig domineerde. Hoe dan ook: er is er eentje klaar voor het WK in Rwanda.
De GP van Montréal, het tweede luik in Canada, was een knap staaltje UAE-teamwork.
Nils Politt beukte 100 kilometer op kop om een vroege vlucht onder de knoet te houden.
Tim Wellens zorgde er nadien voor dat de helft van het peloton op zijn tandvlees zat. Zo ook Wout van Aert. Samen met nog een pak anderen werd hij er al op 70 kilometer van de streep zonder pardon uitgereden. Terugkeren was onmogelijk, dus besloten Van Aert en co. uit koers te stappen.
Een uitputtingsslag, zo voorspelde Tiesj Benoot vooraf. Niets van gelogen.
Met een sterk uitgedunde groep gingen we zo de finale in. Na ook een kopbeurt van Pavel Sivakov ging Brandon McNulty voorop rijden. Dienend als springplank, want wat later kwam Tadej Pogacar himself aansluiten. Enkel Quinn Simmons en Louis Barré waren mee. De achtervolgers werden de geslagenen en wisten hoe laat het was.
Dan was het nog wachten op die ene, versmachtende versnelling van Pogacar zelfs. Die kwam op 23,3 kilometer van de streep, op een lastig stukje bergop. Maar vooral: op exáct dezelfde plaats als vorig jaar.
De wereldkampioen was gaan vliegen, maar had een verrassing in petto.
Want McNulty wist zich ook af te zonderen van Simmons, waardoor Pogacar niet doorstormde maar wachtte op zijn ploegmaat. Eens de twee opnieuw bij elkaar waren, nam ‘Pogi’ McNulty op sleeptouw. De rollen waren eens omgekeerd. De kopman werkte voor de – op papier – knecht.