Beuken, beuken en blíjven beuken. Ziedaar het succesrecept van Tadej Pogacar (26) in de Ronde van Vlaanderen. De wereldkampioen beet iedereen – Mathieu van der Poel op kop – de nek af met de ultieme afmattingsprocedure op de hellingen. De tegenstand zit met de handen in het haar. Misschien moet de concurrentie in de toekomst wel komen van… Remco Evenepoel? “Ik zou het hem toch aanraden”, aldus Michel Wuyts in de HLN-podcast Wuyts & Vlaeminck.
Tadej Pogacar klopte in aanloop naar de Ronde van Vlaanderen meermaals op dezelfde nagel. Dat hij er in Milaan-Sanremo niet in slaagde om Mathieu van der Poel bergop te lossen, kreeg hij geregeld te horen.
Maar, benadrukte Pogacar telkens, al dan niet in licht andere bewoordingen: “Mathieu heeft me daar geklopt, maar de Ronde is een totaal andere koers. In Milaan-Sanremo arriveert iedereen redelijk fris aan de Cipressa, de Ronde is meer afmattend en zwaarder doorheen de dag. Dat speelt in mijn kaart. Ik zal de koers zo hard mogelijk proberen maken.”
U leest het: Pogacar wist perfect wat ‘m te doen stond in Vlaanderens Mooiste. Op elke helling zo hard mogelijk naar boven rijden, om de pakweg tien kilogram zwaardere Mathieu van der Poel stelselmatig af te matten.
Pogacar stelde in 2023 al vast dat dat wel degelijk mogelijk was. Na moordende versnellingen op de tweede beklimming van de Oude Kwaremont en de Koppenberg gooide hij Van der Poel zonder pardon overboord op de laatste keer Kwaremont.
Het hoefde dan ook niet te verbazen dat Pogacar ook zondag niet tot het einde wachtte om medesuperfavoriet Van der Poel te bestoken. Hij begon er opnieuw aan op de tweede passage op de Oude Kwaremont – die mogen we stilaan echt wel omdopen tot zíjn berg.