Sun. Nov 24th, 2024

Een jaar nadat hij als spits van NEC op het veld van AZ moest worden gereanimeerd, gaat het met Bas Dost (ex-Club Brugge) langzaam maar zeker de goede kant op. Voetballen mag de 35-jarige Nederlandse aanvaller echter nog steeds niet. “Ik kijk uit naar de dag dat ik weer kan sporten”, zegt hij in Nederlandse media.

Het is vandaag precies een jaar geleden dat Bas Dost in de slotfase van een wedstrijd, waarin hij zelf met een goal en assist de hoofdrol speelde, in elkaar zakte. Een ontstoken hartspier (myocarditis), veroorzaakt door een virus, werd hem bijna fataal nadat hij in Alkmaar, waar NEC met man en macht een 1-2 voorsprong verdedigde, negentig minuten tot het uiterste was gegaan.

Wat volgde was een jaar van vooral rust. “Ik ben nog steeds herstellende”, zegt de spits, wiens contract bij NEC afgelopen zomer afliep. “Naar omstandigheden gaat het goed met me. Alles is onder controle. De myocarditis is alleen nog niet verdwenen en zolang ik daar niet van af ben, kan ik niet sporten. Dat is heel vervelend, maar ik heb er vrede mee.”

Net als eerder spelers als Christian Eriksen en Daley Blind, liet Dost in het ziekenhuis vrijwel meteen een inwendige defibrillator plaatsen. Maar waar zijn lotgenoten met zo’n icd-kastje snel hun loopbaan konden hervatten, moet Dost meer geduld hebben.

Of hij ooit terugkeert als voetballer, is de vraag. “Ik weet nog niet hoe mijn toekomst eruit ziet”, zegt Dost, die om die reden geen uitgebreid interview wil geven. “Maar ik weet wél dat ik hier vanaf zal geraken.”

Dost ziet de toekomst positief tegemoet. Aan de dag die zijn leven op z’n kop zette, denkt hij niet veel terug. En als hij dat doet, is dat niet met een negatief gevoel. “Ik ben blij en dankbaar dat ik er nog ben.”

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *