Spanje heeft zich met een 4-1 zege op Georgië geplaatst voor de kwartfinales van het EK. Daarin wacht vrijdagavond (18.00 uur) in Stuttgart de kraker tegen gastland Duitsland.

Spanje, de beste voetballende en meest herkenbare ploeg van het EK, zette zich zo over de vroege achterstand tegen een veel mindere tegenstander heen die veel favorieten (bijna) de kop heeft gekost. Maar La Roja bleef vertrouwen op zijn oppermachtige spel, dat in de kwalificatie voor het EK ook al op ruime overwinningen van 1-7 en 3-1 tegen Georgië had geleid.

Tot Williams na 39 minuten de bal terugspeelde op Rodri, met zijn 28 jaar en goede jaren bij Manchester City de absolute leider van dit Spanje, die van net buiten het strafschopgebied feilloos raak schoot. Morata stond bijna in de baan van het schot, maar anders dan bij Nederland-Frankrijk, waar een doelpunt van Simons door de positie van Dumfries om die reden werd afgekeurd, liet de VAR de goal noteren.

De treffer deed de rust bij Spanje terugkeren, nadat het na 18 minuten, met 80% balbezit, totaal onverwacht op achterstand was gekomen. De eerste keer dat La Roja de achterdeur op een kier liet staan, was het gelijk raak. Als dieven in de nacht snelden de Georgiërs in een counter vanaf eigen helft en van links naar rechts over het veld. Kakabadze leverde een scherpe voorzet af, die door Le Normand, de hete adem van Kvaratschelia in zijn nek, met de borst achter zijn doelman Simón werd getikt, alweer het achtste eigen doelpunt van dit EK.

De muur uit Georgië was zo goed als gesloopt, zeker na die fabuleuze 3-1 van Williams. Dani Olmo maakte na een fraaie schijnbeweging en bekeken schot met links nog de 4-1, een uitslag waarmee Spanje volk vertrouwen de kwartfinale tegen Duitsland tegemoet ziet.